Scepticisme – par. 5.3 t/m 5.5 – vragen

Een niet onderzochte les is het niet waard gegeven te worden.

Scepticisme – par. 5.3 t/m 5.5 – vragen

  1. Wat is het demarcatiecriterium?
  2. Leg uit waarom de Duhem-Quine stelling problematisch is als het gaat om het fundament en daarmee het waarheidsgehalte van iedere (wetenschappelijke) theorie?
  3. Wat is het verschil tussen de context van de ontdekking en de context van de bevestiging van de verantwoording? Wat is relevant en wat is irrelevant?
  4. Leg het verband uit tussen het pragmatisme en de relevante context uit vraag 3.
  5. Het verificatiecriterium als demarcatiecriterium hebben we aan de Wiener Kreis te danken. Wat zijn de voor- en nadelen van het verificatiecriterium?
  6. Karl Popper poneert het falsificatiecriterium als demarcatiecriterium. Wat is het falsificatiecriterium?
  7. Waarom denk je dat in het dagelijks leven het falsificatiecriterium niet door iedereen wordt gewaardeerd?

Par. 5.4

  1. Bekijk het onderstaande filmpje. Wat verstaat Thomas Kuhn onder een paradigmashift?
  2. Leg uit hoe een paradigmashift tot stand komt? Geef ook een voorbeeld van een paradigmashift.

Par. 5.5

  1. Volgens Bayle is het belangrijk om het eigen (innerlijke) geweten te volgen. Is het mogelijk om moreel te handelen zonder het eigen innerlijke geweten te volgen?
  2. Hoe denkt Bayle over tolerantie?
  3. Waar gaat het conflict tussen Bayle en Augustinus over?
  4. Moeten we tolerant zijn voor ideeën die aantoonbaar onjuist zijn, maar waarin mensen geloven? Denk eens aan diegenen die geloven dat de aarde plat is? Of denk aan de groep mensen die tegen het inenten van baby’s zijn? Of denk eens aan volgers van de terroristische groepering IS. Moeten we tolerant zijn voor intolerantie? Kunnen we tolerantie afdwingen? Wat vind jij?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

12 + vijftien =