Parlementaire democratie (2)

Een niet onderzochte les is het niet waard gegeven te worden.

Parlementaire democratie (2)

Voor de helderheid! Het gaat in dit thema “Parlementaire democratie” over wat de overheid/staat wel en niet moet doen voor de overheid. Het gaat dus NIET over wat jij vindt dat jij moet doen voor je naasten. Dus stel jezelf telkens de vraag bij ieder onderwerp: Vind ik dat de overheid hier iets aan moet doen of niet? Enkele voorbeelden: Armoedebestrijding, Zwartepietendiscussie, Homorechten, rassenhaat, aanleggen snelwegen, politie, onderwijs?

  1. Vind ik dat de overheid armoede moet bestrijden (of niet)?
  2. Vind ik dat de overheid zich moet bemoeien met de zwartepietendiscussie (voor of tegen, dat is niet relevant)?
  3. Vind ik dat de overheid moet strijden voor homorechten (of niet)?
  4. Vind ik dat de overheid moet strijden tegen rassenhaat (of niet)?
  5. Vind ik dat de overheid snelwegen moet aanleggen (of niet)?
  6. Vind ik dat de overheid moet zorgen voor goede politie (of niet)?
  7. Vind ik dat de overheid voor goed onderwijs moet zorgen (of niet)?

Bij vragen 2,3 en 4 kun je je afvragen of de overheid zich moet bemoeien met maatschappelijke discussies of dat dit iets is wat het volk zelf moet uitzoeken.
Bij vraag 5 kun je je afvragen of de mensen in steden en dorpen niet zelf snelwegen moeten aanleggen. Echter, het aanleggen van snelwegen verloopt natuurlijk problematisch op landelijk niveau.
Bij vraag 6 en 7 kun je je afvragen of mensen niet zelf kunnen betalen voor beveiliging en onderwijs. Dit betekent wel dat veel mensen geen onderwijs en veiligheid kunnen betalen. Er is geen partij te vinden die hier voorstander van is, maar het is wel een uiterst recht/ultra-liberaal standpunt dat je kunt innemen.

Liberalisme (VVD): https://www.vvd.nl/liberalisme/
Socialisme (SP) : https://www.sp.nl/publicatie/heel-de-mens/kernvisie
Confessionalisme (CDA): https://www.cda.nl/gelderland/brummen/standpunten/visie-cda/

Kernbegrippen:

  • Ideologie -> staat voor de leer van de ideeën. Hierbij wordt er gekeken naar het onderliggende idee van wat we vinden en doen. Een politieke ideologie gaat dus bijvoorbeeld over het onderliggende mensbeeld van waaruit mensen naar de wereld kijken en voorkeuren hebben voor bepaalde politieke partijen. Er zijn verschillende politieke ideologieën zoals socialisme, liberalisme, confessionalisme, nationalisme, populisme, ecologisme, kosmopolitisme, pragmatisme, etc.
  • Confessionalisme -> con (com) betekent “samen” & fessie betekent “bekennen”. Confessie staat voor het samen bekennen in het geloof van God.
  • Progressief & conservatief -> progressief staat voor het willen veranderen en verbeteren van de samenleving aangestuurd door een actieve houding van de overheid/staat. Conservatief staat veelal voor een meer behoudende overheid. De overheid moet niet te veel willen veranderen. De overheid zou dat aan de mensen zelf over moeten laten.
  • Pragmatisme -> kijk naar wat werkt.
  • Ecologisme -> centraal staat de zorg voor de natuur.
  • Populisme -> komt van het woord populi en staat voor de stem (vox) van het volk (populi).. de vox populi dus. Wat geldt is niet wat werkt, niet links, niet rechts, niet sociaal, liberaal of wat dan ook, maar wat het volk vindt/zegt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

11 − tien =