Ethiek – par. 2.5 – antw.

Een niet onderzochte les is het niet waard gegeven te worden.

Ethiek – par. 2.5 – antw.

  1. Wat is het verschil tussen worden en zijn? Zijn staat vast en worden is in ontwikkeling. Een zijnde heeft een essentie… iets wezenlijks dat onveranderd blijft, terwijl het worden juist een proces impliceert wellicht ergens naartoe.
  2. Wat is het verschil tussen hebben en zijn? Lees het gedicht van Ed Hoornik. Hebben gaat over bezit en wellicht meer specifiek het bezit van of in de wereld, over het iets toe-eigenen. Dat iets is dat niet jezelf maar iets uit de werkelijkheid… de wereld om je heen. Zijn vertrekt vanuit jezelf, daar waar hebben gericht is op de wereld en hoe de wereld voor jou de werkelijkheid organiseert. Althans, zou zou mijn reactie luiden. Wie ben je (zijn)? als alles wat we hebben (gekregen) (in de wereld) wegvalt? Wat is jouw essentie? Wat is jouw identiteit?
  3. Wat zijn de overeenkomsten tussen Socrates en Nietzsche? Beiden zoeken ze naar het overstijgen van de instinctieve mens.
  4. Wat zijn de verschillen tussen Socrates en Nietzsche t.a.v. het moeten streven naar geluk en het cultiveren van deugden en de inzet van rationaliteit, onwetendheid en wilszwakte? Socrates legt volgens Nietzsche het overstijgen een aantal “criteria”, deugden etc. op. Volgens Nietzsche streeft Socrates naar een moraal waarin alle mensen voortdurend rationeel nadenken als methode om de onwetenheid op deze manier weerstand te bieden. Vanuit Nietzsche zouden we kunnen stellen dat wanneer dit een “algemene wet” (denk ook aan de categorische imperatief van Immanuel Kant, die Nietzsche cynisch de clown va Köningsbergens noemde) wordt, dat de mens wordt getemd. De mens moet zich dan houden aan algemene wetten en daarmee dreigt de wil te worden onderdrukt ten faveure van het “algemene”. Nietzsche verbindt dit met de slavenmoraal.
  5. Probeer in eigen woorden de volgende Nietzscheaanse begrippen uit te leggen: “herwaardering van alle waarden”, slavenmoraal en Übermensch. Een slavenmoraal is een moraal die van bovenaf de mens wordt opgelegd, waardoor de wil van de mens wordt onderdrukt. Dit is vaak een moraal van mededogen die kan resulteren volgens Nietzsche in wilszwakte. De Übermensch houdt zich niet aan de slavenmoraal maar draagt zijn eigen wil uit. (Denk hierbij wel aan de vraag naar hebben en zijn. Kun je iets willen hebben? Of ben je dan ook een slaaf van een consumptiesysteem dat jou verleidt om iets te willen hebben? Kunnen we hier dan nog spreken over willen hebben of is het meer het moeten hebben om bijvoorbeeld erbij te horen of om bijvoorbeeld iets anders te verbloemen (ik noem maar wat). De vraag naar de Übermensch is een complexe vraag. Wanneer overstijgt iemand zichzelf.
  6. Maak aan de hand van een eigen voorbeeld duidelijk, wat we van Nietzsche kunnen leren. Eigen antwoord.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

achttien − 17 =