Wat maakt de mens? Inleiding – vragen
- Definieer de begrippen “wezen” en “essentie”. Maak hierbij gebruik van www.etymologiebank.nl en een online woordenboek.
- Geef in eigen woorden weer wat er wordt bedoeld met “het wezen van de mens”. Leg je antwoord uit a.d.h.v. de definitie van “wezen” en vul het aan met eigen voorbeelden.
Op pagina 14 worden drie mogelijke antwoorden geven op de vraag naar het wezen van de mens. Deze drie zijn:
I. De mens als Animal Rationale / redelijk dier (Aristoteles)
II. De mens als Res Cogitans (denkend ding) in tegenstelling tot het dier dat slechts bestaat als Res Extense (uitgebreid ding, lichaam).
III. De mens als Christelijke kroon op de schepping met als enige levend wezen een moreel oordeelsvermogen.
- Definieer het begrip “rationaliteit”. Gebruik hiervoor het etymologisch woordenboek. Leg vervolgens uit wat Aristoteles volgens jou wilde zeggen met de mens als een redelijk en denkend dier. Waarin verschilt de mens als dier van andere dieren volgens Aristoteles?
(Lees desnoods: Rational animal – Wikipedia) - Bekijk de volgende powerpointpresentatie, pagina 13 t/m 17: Eindexamensymposium-Scepticisme-hoofdstuk-1.pptx (google.com).
Definieer het begrip “dualisme”. Leg het begrip dualisme uit aan de hand van Descartes’ Res Cogitans en Res Extensa. Maak duidelijk dat de mens uit een “duel” bestaat tussen deze twee dualiteiten. - Leg uit hoe Descartes vanuit de eerste drie stappen van twijfel tot de uitspraak Cogito Ergo Sum (Ik denk dus ik ben) kom. Kijk desnoods: René Descartes – Durf te Denken – YouTube.
- Leg vervolgens uit hoe Descartes in drie stappen van Cogito Ergo Sum tot het bewijs voor de Res Extensa komt.
- René Descartes vertrekt vanuit de denkende mens. Hij bestudeert niet zozeer het gedrag van de mens. Hij bekijkt de mens ook niet als een object. Maar hij kijkt naar binnen. Dit noemen we ook wel introspectie. Zoek dit woord op in het etymologisch woordenboek en leg uit wat introspectie betekent.
- Leg uit wat het verschil is tussen het naar binnen kijken en peuren in wat er in je “ziel’ gebeurt enerzijds en het objectief van buitenaf naar iemand anders of naar jezelf kijken alsof je een studieobject bent.
- Leg uit wat het verschil tussen introspectie, het naar binnen kijken, is en reflectie, het naar jezelf kijken (als object).
- Als je kijkt naar de mens als een studieobject, dan objectiveer je de mens. Je maakt van de mens een object. Psychologen, sociologen, antropologen, economen kijken naar de mens als een studieobject. Ze zijn niet zozeer geïnteresseerd in het wezen van de mens als iets strikt persoonlijks, maar zijn geïnteresseerd in hoe de mens bestaat.
Leg uit dat de vraag naar hoe de mens bestaat, ons dwingt om de mens als object te zien. Leg uit hoe dat verschilt met de opvatting dat iedere mens een eigen onkenbare en strikt persoonlijke binnenwereld heeft. - Geef aan de hand van een eigen voorbeeld aan wat het verschil is tussen het eerstepersoonsperspectief en het derdepersoonsperspectief.
- Dick Swaab is een breinwetenschapper. Hij objectiveert de mens (derdepersoonsperspectief). Hij kijkt naar hoe de mens bestaat en hoe zijn of haar denken werkt/bestaat. Hier Dick Swaab: Wij zijn ons brein – YouTube geeft hij een lezing. Volgens Dick Swaab is de mens zijn of haar brein. En de genetische programmering bepaalt wat de mens is.
Bekijk dit filmpje: Mary’s Room: A philosophical thought experiment – Eleanor Nelsen – YouTube
Als je alles hebt geleerd, maar je hebt er verder geen ervaring of gevoel bij. Je innerlijk, en daarmee de menselijke ervaring, is uitgeschakeld en je voelt dus niks bij het leven en de wereld.
In hoeverre kan volgens jou Dick Swaab iets zeggen over wat jij denkt en hoe jij je voelt en wat er in jou omgaat?
Weet je dan werkelijk hoe iets is? Wat het wezen is?
Weet je dan ook wat het wezen is van de mens?
- In dit filmpje: Two Monkeys Were Paid Unequally: Excerpt from Frans de Waal’s TED Talk – YouTube gaat de wereldberoemde primatoloog, Nederlander en Bosschenaar Frans de Waal het debat aan met wat het wezen van de mens is. Hij gebruikt een derdepersoons-/aapsperspectief in. Hij objectiveert twee mensapen. Zoals je kunt zien wordt het ene aapje jaloers op het andere aapje.
In hoeverre is er iets sprake van een Aap Rationale? (Aristoteles)
In hoeverre is de aap een Res Cogitans? (Descartes)
In hoeverre beschikt de aap over een gevoel van onrechtvaardigheid en daarmee moraliteit? (Christelijke positie) - Welke kritiek kun je vanuit het eerstepersoonsperspectief geven op de bovenstaande drie subvragen bij vraag 14 die beginnen met “In hoeverre (…)?”. Wat kunnen we wel en niet weten over de binnenwereld van de mens(aap)?
- Omschrijf in eigen woorden met een praktisch voorbeeld per kwestie, de vier centrale kwesties die in de boek worden besproken.
- In hoeverre denk je dat technologie onze innerlijke ervaringen vormt en daarmee vormt hoe en wat we voelen?
- In hoeverre denk je dat technologie de manier hoe we onze ervaringen objectiveren en dus de manier hoe we kijken en reflecteren op onszelf vormt?
- In hoeverre denk je dat technologie en wetenschap bepaalt hoe we ons gedragen?
- In hoeverre denk je dat technologie en wetenschap vormt hoe we denken of morele vragen naar wat goed en slecht is? Denk bijvoorbeeld aan de gewenning t.a.v. privacyvraagstukken en hoe steeds meer mensen bereid zijn zichzelf te verliezen in sociale media.