Wat maakt de mens? Kwestie 1: paragraaf 1.1

Een niet onderzochte les is het niet waard gegeven te worden.

Wat maakt de mens? Kwestie 1: paragraaf 1.1

  1. In de inleiding (p.31) wordt het eerstepersoonsperspectief en het derdepersoonsperspectief t.a.v. de juiste yoga-houding aangehaald.
    Probeer een eigen voorbeeld te geven en bekijk dit voorbeeld vanuit deze twee perspectieven.
    Leg vervolgens uit wat je wel en niet kunt leren van beide perspectieven.
    Wat voor kennis ontwikkel je in het eerstepersoonsperspectief enerzijds en het derdepersoonsperspectief anderzijds?
  2. Wie is Maxine Sheets-Johnstone?
  3. Definieer de filosofische stroming van de femenologie.
  4. Bekijk de documentaire “Being in the world” (https://www.youtube.com/watch?v=fcCRmf_tHW8) vanaf minuut 2 met de contrabasspeler. – Leg aan de hand van de fenomenologie en de fenomenologische benadering uit hoe je leert musiceren.
  • Leg tevens uit hoe je de plank mis kan slaan wanneer je dat waar het de musicus om gaat omschrijft door de handelingen van de musicus in kaart te brengen.
  • Waar gaat muziek maken om volgens jou? (Lees de eerste alinea van paragraaf 1.1)

5. Fenomenologen stellen dat er geen fundamenteel verschil is tussen denken en doen. Descartes lijkt dit onderscheid wel te maken. Leg uit waarin deze twee benaderingen van elkaar verschillen. Gebruik in je antwoord de vorm van denken: “denken in beweging” (p. 32 onderaan).

Hint: Fenomenologen stellen dat je denkt terwijl je iets doet en dat wanneer je iets doet, je (lichaam ook) denkt. De vraagt is of Descartes een dergelijke filosofie van het doen heeft. Probeer het eens uit te leggen.

  1. Leg de uitspraak “kennis is bemiddeld, oftewel belichaamd” uit in eigen woorden met een eigen voorbeeld (zie p. 33 bovenaan).
  2. Wat is het verschil tussen het onderzoeken van het eigen lichaam en het al doende je lichaam ervaren?
  3. Hoe kun je een betekenisvolle relatie opbouwen met je omgeving door al doende je lichaam te ervaren in deze omgeving? Leg uit met een eigen voorbeeld.
  4. In hoeverre vormt volgens jou, in lijn met Sheets-Johnstone, de manier HOE we ons lichaam ervaren de basis van onze waarneming van de wereld?
  • In het verlengde daarvan… Wat is volgens jou belangrijker? De wereld waar te nemen als een studieobject of de manier HOE we ons lichaam ervaren van waaruit we de wereld waarnemen als studieobject?

10. Op de basisschool krijgen leerlingen een zogenaamde doorstroomtoets. Op dit moment is hier veel discussie over. De toets toetst niet meer algemene kennis, maar taal en rekenen. Echter, volgens de fenomenologen ontwikkelt taal zich in interactie tussen lichaam en omgeving. Deze interactie = doen… Je ontwikkelt en leert dus taal door in de wereld met je lichaam bezig te zijn en terwijl je bezig bent (in de wereld met anderen), leer je (de taal). Het is aangetoond dat mensen met veel algemene kennis, teksten en taal beter kunnen begrijpen.

  • Geef een kritiek vanuit deze fenomenologische benadering op het reduceren van de doorstroomtoets tot enkel rekenen en taal. (Een mooi essay-onderwerp!)
    (Bron: In de inleiding (p.31) wordt het eerstepersoonsperspectief en het derdepersoonsperspectief t.a.v. de juiste yoga-houding aangehaald.
  • Probeer een eigen voorbeeld te geven en bekijk dit voorbeeld vanuit deze twee perspectieven.
  • Leg vervolgens uit wat je wel en niet kunt leren van beide perspectieven.
  • Wat voor kennis ontwikkel je in het eerstepersoonsperspectief enerzijds en het derdepersoonsperspectief anderzijds?
  1. Leg de uitspraak “kennis is bemiddeld, oftewel belichaamd” uit in eigen woorden met een eigen voorbeeld (zie p. 33 bovenaan).
  2. Wat is het verschil tussen het onderzoeken van het eigen lichaam en het al doende je lichaam ervaren?
  3. Hoe kun je een betekenisvolle relatie opbouwen met je omgeving door al doende je lichaam te ervaren in deze omgeving? Leg uit met een eigen voorbeeld.
  4. In hoeverre vormt volgens jou, in lijn met Sheets-Johnstone, de manier HOE we ons lichaam ervaren de basis van onze waarneming van de wereld?
  • In het verlengde daarvan… Wat is volgens jou belangrijker? De wereld waar te nemen als een studieobject of de manier HOE we ons lichaam ervaren van waaruit we de wereld waarnemen als studieobject?

19. Op de basisschool krijgen leerlingen een zogenaamde doorstroomtoets. Op dit moment is hier veel discussie over. De toets toetst niet meer algemene kennis, maar taal en rekenen. Echter, volgens de fenomenologen ontwikkelt taal zich in interactie tussen lichaam en omgeving. Deze interactie = doen… Je ontwikkelt en leert dus taal door in de wereld met je lichaam bezig te zijn en terwijl je bezig bent (in de wereld met anderen), leer je (de taal). Het is aangetoond dat mensen met veel algemene kennis, teksten en taal beter kunnen begrijpen.

20. Leg uit wat de overeenkomst is en de verschillen tussen de fenomenologen en Descartes t.a.v. het zelfbewuste ik (p. 34 bovenaan).

Bekijk de documentaire “The man who lost his body”. Op pagina 34 wordt de nadruk niet op proprioceptie, maar op kinesthesie gelegd.

21. Leg uit wat proprioceptie en kinesthesie betekenen.

22. In hoeverre heeft de mens het vermogen om de eigen beweging gewaar te worden?

23. Wat moet de hoofdpersoon (op Cartesiaanse wijze) doen om opnieuw te leren lopen?

24. Is een bewustzijn van je omgeving en beweging iets wat je “weet” zonder dat je er bewust van bent? Weet het lichaam meer dan je denkt?

25. Wat wordt er bedoeld met het denken dat voort komt uit het “sensomotorische lichaam”? Definieer het begrip!

26. De fenomenologen streven naar de intuïtieve, prereflectieve ervaring. Wat is een reflectieve ervaring en hoe verschilt het met de prereflectieve ervaring?

Descartes/Plato/DualismeFenomenologie
Scheiding lichaam en geest Reflectief (denken / cogito ergo sum) Objectieve wereld / binnenwereld Feiten (objectief)     Wereld in kaart brengen (structuur) Reflexieve kennis vorm de ervaring     Wat/waardoor/waarvoor/hoe? De wereldDoen / handelen / vormen Prereflexief (wat denkt voor (pre) het (reflectieve) denken 😊?) In het handelen handelt het lichaam Het lichaam denkt al doende Fenomenen (ervaringen / intuïtie) Binnenwereld duiden (structuur) De ervaring vormt de kennis Proprioceptie Ervaring in ruimte, tijd, vorm, gevoel… Dat In-de-wereld

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

20 − elf =